Champagne in boeken: Alleen maar nette mensen

Een bizarre, ziekelijke fetisj

Ik knalde nog een Piper Heidsieck open. De kurk liet een gaatje achter in het plafond. ‘Ik merkte dat ik op straat alleen naar zwarte vrouwen keek,’ zei ik. ‘Ze zijn beter dan blanke vrouwen. Er zit meer emotie bij.’

Esther had de fles leeggeschonken. Op de vloer stonden acht lege flessen. ‘Denk je dat je beter bent dan Naomi?’ Ze schreeuwde. ‘Denk je dat jij geen kaaskop bent?’

‘Dat zijn jouw woorden,’ zei ik. ‘Dat hoor je mij niet zeggen.’

‘Hou even je mond,’ riep Esther.

‘Zwarte mensen stinken,’ zei Daan. ‘Ze ruiken naar gras en modder. Ze kunnen geen water betalen om onder de douche te gaan.’

‘Dus jij zou nooit met Esther kunnen zijn?’ vroeg Annet. ‘Of met mij?’

‘Omdat je denkt dat wij geen gevoel hebben?’ Esther gilde. ‘Wij zijn slechter?’

‘Het is niets persoonlijks tegen jullie,’ zei ik. ‘En zeker niet tegen Naomi.’

Esther riep: ‘Hou nou je mo-hond,’

‘Jij zou het niet met Esther willen doen?’ vroeg Daan. ‘Iedereen wil het. Kijk hoe lekker ze eruit ziet.’

Wanneer Daan een vrouw ontmoette met wie hij seks wilde hebben, maakte hij het snel uit met Esther. Een paar dagen later zei hij tegen Esther dat het weer aan was. Op die manier maakte hij zichzelf wijs dat het geen vreemdgaan was.

Esther had haar glas omgegooid. Niemand ruimde het op. ‘Het is een fetisj,’ riep ze. Het ging nog steeds over mij. ‘Een bizarre, ziekelijke fetisj.’

‘Weet je wat ik denk?’ vroeg Daan. ‘Na Naomi heb je geprobeerd om andere vrouwen te krijgen. Het is niet gelukt. Voor een blonde vrouw moet je in de eredivisie spelen. Dat lukt jou niet. Een negerin wat kraaltjes en spiegeltjes geven en dan neukie neukie, zo kan ik het ook.’

‘Wat jij wil,’ zei ik. ‘Het leven is geven en nemen.’

‘Ik dacht dat het leven nemen en nemen was,’ zei Daan.

De laatste fles Piper Heidsieck was leeg, het halfje Mickey Mouse werkte niet. Het was tijd om te gaan. Ik zei: ‘Bedankt voor de gezelligheid.’

Uit: Alleen maar nette mensen, Robert Vuijsje (2008)